77 was het startnummer dat ik kreeg bij de Tilburg Marathon. Dat is twee keer het geluksgetal. Tel je ze bij elkaar op, dan kom je op het magische getal 14 van ene Johan Cruijff (ik hoorde pas geleden dat er mensen zijn die altijd cijfercombinaties proberen te combineren om zo tot het eindgetal 14 te komen). Zo lijken de vooruitzichten goed, maar ja het netnummer van Tilburg is dan weer 013…
Gelukkig ben ik helemaal niet bijgelovig en hoopte ik toch op een goede manier mijn vierde marathon van het jaar uit te lopen. Met het Wenen verhaal in gedachten ging de aanloop naar Tilburg eigenlijk best wel goed. Twee redelijk snelle halve marathons, maar nog belangrijker, de benen begonnen minder tegen te sputteren en kregen er weer een beetje zin in.
Ik was al de hele week in de buurt van Tilburg. Lekker ontspannen, een paar fijne stukjes gelopen en het was heerlijk weer (maar niet om heel hard te lopen ;)). Alleen de Brabantse muggen vonden het wel heel erg fijn om mij gedurende de week nare prikjes te geven. Gevolg veel jeuk en een lichaam dat er uitzag alsof ik weer de waterpokken had.
Hoe dan ook op de zondagochtend was het opeens prachtig loopweer (voor mij althans). Bewolkt, niet al te warm en onderweg wat regen. Ideale loopomstandigheden dus dit keer! De goden waren dit keer gunstig gezind voor mij.
Dan ook maar in het begin met de groep van 3 uur 30 meelopen en kijken hoe het gaat. Alleen kwam ik er al gauw weer achter dat ik in een grote groep lopen niet echt lekker vind. Dus vrij vlot liep ik net voor de pacers uit (die overigens perfecte kilometertijden afleverden), samen met nog een paar anderen.
Hartslag bleef redelijk stabiel alsook de snelheid. Gestaag ging het richting de halve marathon. Vlak na het halve marathonpunt ging het flink omhoog een brug over, daarna nog een stuk wind tegen in het open veld. Het gekke is dat ik daar vaak sneller ga lopen. Dan voel ik mij echt in het element. Maar nu liep ik wel alleen…
Bij de 30 kilometer kreeg ik het iets zwaarder. Gelukkig kwam van achteruit weer een loper waar ik eerder al een fijn gesprek mee had. Ik vind het altijd zo mooi dat je tijdens het lopen “tijdelijke” vriendschapsbanden maakt. Soms zelfs maar voor een kilometer, maar het brengt je wel weer een kilometer dichter bij de finish. Tot 35 km kon ik nog met hem meelopen. Daarna moest ik het weer helemaal zelf doen.
De laatste drie km was het lichaam wel leeg en moest ik een paar keer heel even wandelen. Een paar seconden maar, maar toch. Gelukkig kan ik daarna toch altijd weer op een beetje snelheid komen. Hier pluk ik de vruchten van de ellenlange trainingen van een minuut wandelen, een minuut hardlopen. Zo heeft iedere soort training een reden. De “schade” bleef beperkt met een verval van ongeveer een minuut in de laatste drie kilometer, maar dat mag ook wel een keer bij een marathon.
Als resultaat een eindtijd 3:26:17 en een dik PR. Een mooie revanche op Wenen. Ontzettend trots op het support team dat onderweg weer op verschillende plekken stond. Met hun er bij is het een stuk makkelijker om te lopen. Zij zorgen ervoor dat ik op het juiste moment de juiste voeding krijg.
Natuurlijk loop ik na het Wenen-echec een marathon achter op schema. Ik weet ook niet of ik die nog ga inhalen. Belangrijkste is dat het lijf het allemaal een beetje op een redelijke manier aankan. We zullen het zien. Tot nu toe ben ik trots op het resultaat én op de verstandige keuzes die ik heb gemaakt.
Wordt vervolgd in juni bij de Sneek Mar-athon!
Inderdaad zonder support ben je nergens, al was het maar om te horen dat je er bijna bent ?